hoogstamboomgaard


Fruitbomen planten

Plant-en verzorgingsinstructies


Bomen zijn levend materiaal. Ze hebben verzorging, voedsel en water nodig om in optimale conditie te blijven. Een boom die verplaatst wordt heeft altijd een periode nodig om zich te herstellen. De wortels zijn beschadigd en de plant zal de eerste tijd gebruiken om nieuwe wortels te maken.

Alle energie gaat naar het herstel van de wortels en naar het jonge schot. De plant zal veel op zijn reserves teren.

De boomkwekers doen er tijdens het kweken alles aan om deze reserves optimaal te krijgen. Er zijn echter periodes dat de natuur wel erg veel van de bomen vraagt. In deze periodes verlangt de verzorging extra aandacht van u. Te laat ingrijpen betekent vaak terugslag in de groei, bladval, en verdroging en kan zelfs leiden tot het afsterven van de boom.

 

even diep zoals de kwekerij


Zet een boom nooit te diep!. De kluit geeft precies aan hoe diep de boom heeft gestaan en bij het verplanten moet hij weer net zo diep komen.

Graaf een plantgat minimaal één maal zo diep en breed als de kluit van de boom. Voer de grond niet af, maar meng deze met potgrond of turf en gebruik deze om het gat te vullen. Als de afwatering in uw tuin slecht is of de grond is zwaar, (klei of veen), maak dan een plantgat dat 2 maal zo diep en breed is als de kluit.

Op de boomschijf breng je een compost- of mestlaag aan, die echter de boomstam zelf niet mag raken.

Plaats bij bomen minimaal één paal aan de kant waar de meeste wind vandaan komt. Zo'n paal zorgt voor een stevige verankering en kan na een paar jaar weer weggehaald worden. Plaats de paal voor u de boom plant. Voor zware bomen verdienen 2 of meer palen de voorkeur.

Laat het jute of de draadkorf om de kluit zitten. Deze beschermen de wortels en houden de kluit bij elkaar. Ze verteren beide binnen korte tijd. Het verwijderen doet meer kwaad dan goed. Acrylgaas (met kleurtjes) moet u juist weghalen.

Haal van planten die in potten zijn gekweekt zijn altijd de pot af voor het planten. Krab de wortels een beetje los, dit bevordert het aanslaan. Dompel de kluit van de potplanten voor het planten in een emmer water zodat deze zich vol kan zuigen.

Steek de rand van het plantgat in en vul het gat. Schep, indien u een boom heeft gekocht zonder kluit, de grond goed tussen de wortels en trek de boom iets omhoog tijdens het aanvullen. Schud hem een keer zodat de aarde goed tussen de wortels komt.

Trap de grond stevig aan. De rand van de kluit voorzichtig aantrappen, vanaf de zijkant naar binnen. Altijd met uw tenen richting de stam. Niet stampen!

Controleer de nieuwe aanplant na storm. De wortels moeten onder de grond blijven. Druk ze desnoods nog eens goed aan.


Bomen met losse wortel nooit in de zon of wind laten liggen. Houd ze tot het planten in de zak tegen uitdrogen. Snoei voor het planten beschadigde takken uit de kroon.


plantinstructies

 

plantafstanden

De plantafstanden zijn zeer uiteenlopend naargelang de grond, de variëteit, de onderstam en het aanplantsysteem (plantschema). In de onderstaande kader ziet u de plantafstanden gesorteerd staan per soort en op basis van laagstam halfstam en hoogstam. De plantafstand hangt ook af van de soort grond. Bij een weinig vruchtbare grond (zandgrond) zal het langer duren vooraleer de wortels buiten het plantgat groeien. Bij een vruchtbare grond zal dit sneller gebeuren en daarom moet het plantgat ook groter gemaakt worden bij vruchtbare grond en kleiner bij weinig vruchtbare grond.

Soort

Laagstam (stam 50cm)

Halfstam (stam 1,20m)

Hoogstam (stam 2m)

Appel

  1. 2x4m
  1. 8m (in de rij)x10m (tussen de rij) (vruchtbare grond)
  2. 6x8m (matig vruchtbare grond)
  3. 4x6m (weinig vruchtbare grond)
  1. 8mx10m (matig vruchtbare grond
  2. 10x10m (vruchtbare grond)
  3. 8x8m (weinig vruchtbare grond)

Peer

  1. 2x3m
  2. 2x3m
  1. 6x8m
  1. 6x6m
  2. 6x8m
  3. 8x8m

Pruim

  1. 2x3m
  2. 4x5m
  1. 6x7m
  1. 6x6m
  2. 6x8m
  3. 8x8m

Kers

  1. 2x3m
  1. 5x3m
  2. 4x5m
  1. 10mx10m
  2. 10mx12m
  3. 12mx12m

Perzik

  1. 2x3m
  2. 3x4m
  1. 3X4m
  1. 6x6m
  2. 6x8m
  3. 8x8m

Kriek

  1. 2x3m
  2. 3x5m
  3. 4x5m
  1. 4x5m
  1. 10mx10m
  2. 10mx12m
  3. 12mx12m

Kweepeer

  1. 2x3m
  2. 3x31/2m
  1. 3x4m
  1. 6x6m
  2. 6x8m
  3. 8x8m

Amandel

  1. 2x3m
  1. 5x6m
  1. 6x6m
  2. 6x8m
  3. 8x8m

Abrikoos

  1. 2x3m
  2. 3x4m
  1. 5x6m
  1. 6x6m
  2. 6x8m
  3. 8x8m

Peerlijsterbes

  1. 2x3m
  1. 6x7m
  1. 6x6m
  2. 6x8m
  3. 8x8m

Mispel

  1. 2x3m
  1. 5x6m
  1. 6x6m
  2. 6x8m
  3. 8x8m

Vijg

  1. 2x3m

///

///

Tamme kastanje

///

///

  1. 10mx10m
  2. 10mx12m
  3. 12mx12m

Paardekastanje

///

///

  1. 10mx10m
  2. 10mx12m
  3. 12mx12m

Walnoot

///

///

  1. 10mx10m
  2. 10mx12m
  3. 12mx12m

Moerbei

  1. 2x3m
  1. 6x7m
  1. 6x6m
  2. 6x8m
  3. 8x8m

Nectarine

  1. 2x3m
  2. 3x4m
  1. 5x6m
  1. 6x6m
  2. 6x8m
  3. 8x8m

Hazelnoot

  1. 8mx10m
  2. 6x8m
  3. 4x6m

///

///

Linde

///

///

  1. 10mx10m
  2. 10mx12m
  3. 12mx12m

Leisoort

Leiafstanden

 

 

Leidruif

1m in de rij, 2 of 3m tussen de rij

Moerbei

1m in de rij, 2 of 3m tussen de rij

Nota: bessen (aalbes, stekelbes, braambes, framboos, vossebes, Amerikaanse blauwe bosbes) worden geplant op vb. randen van een boomgaard of in kleine groepjes, maar niet als boomgaard. Wanneer ze als rand van een boomgaard dienen, worden ze op dezelfde afstanden geplant als de bomen in de boomgaard (zelfde plantschema). Worden ze toch in een klein groepje samen gezet dan volstaat voor de bessen een tussenafstand van 1 à 2m, voor framboos 3à 4m en voor braam 2 à 3m.

 

 

Terug